Eindelijk was het weer zover. Ik kon weer naar Bangalore om de crèches te bezoeken. Normaliter doe ik dat om het jaar maar door Corona was het inmiddels vier jaar geleden dat ik er was. Deze keer ging onze penningmeester mee. Enerzijds om een goed beeld te krijgen van het reilen en zeilen van de crèches anderzijds om te overleggen hoe we de benodigde gelden op een snellere en goedkopere manier bij het klooster kunnen krijgen. Die gesprekken zijn nog aan de gang.
Het was een feest om alle leidsters, Sr. Elise Mary, Kannegi, Sr. Miriam en vooral de kindertjes weer te zien. Het mag een wonder heten dat er tijdens de pandemie geen doden zijn gevallen in de gezinnen waaruit de kinderen komen. Een Indiase minister zei hierover dat het waarschijnlijk komt doordat de Indiërs gewend zijn aan slechte leefomstandigheden en daardoor meer weerstand hebben opgebouwd dan de meeste westerlingen.
Het gaat goed in de crèches. De kinderen zien er gezond en gelukkig uit. En zoals gewoonlijk willen ze graag laten zien wat ze allemaal kunnen. Ze zingen, ze bidden, ze tellen in het Engels enz. Ze zijn extra blij met bezoek omdat ze dan byriani te eten krijgen en dat is een feest.
Via het klooster is een maatschappelijk werkster aangetrokken die gespecialiseerd is in huiselijk geweld en “child trafficking”. Een energieke dame die ook aanspreekpunt voor de leidsters is. Ze ondersteunt ze bij voorkomende vragen en problemen en perfectioneert hun Engels.
Tijdens het gesprek met de moeders van één van de crèches bleek opnieuw wat dit voor hen betekent. Ze gaan met een gerust gevoel naar hun werk in de wetenschap dat de kinderen op een veilige plek zijn. Zoals gebruikelijk kregen we in alle crèches cadeautjes. Deze verkopen we grotendeels tijdens fairs en bij andere mogelijkheden zodat we het geld weer kunnen gebruiken voor het in stand houden van de crèches.